Selecteer op het tabblad Hoofdgroep van het printerstuurprogramma de optie Instellingen.
Selecteer bij Afbeeldingen in Rugmarge hoe de margebreedte moet worden aangepast.
Afbeeldingen verplaatsen, Afbeeldingen verkleinen, Afbeeldingen wissen

Stel vóór het afdrukken een inbindmarge van minstens 18.5 mm in als zich op de perforatiepositie een afbeelding bevindt. U kunt de inbindmarge instellen onder Rugmarge.
Selecteer op het tabblad Afwerking bij Perforeren de perforatiepositie.
Stel de andere items in en klik op OK.
Klik op Afrdukken.