Verzendinstellingen

Met de functie voor het snel verzenden vanuit het geheugen wordt de fax verzonden zodra de printer de eerste pagina heeft gescand. Als u deze functie niet inschakelt, verzendt de printer de fax zodra alle gescande pagina's in het geheugen zijn opgeslagen. Als u deze functie gebruikt, verkort u de algehele bewerkingstijd, omdat het scannen en verzenden tegelijkertijd worden uitgevoerd.

Wanneer er meerdere faxberichten voor dezelfde ontvanger in de wachtrij staan, worden ze hiermee gegroepeerd om ze tegelijk te verzenden. U kunt maximaal vijf documenten (in totaal maximaal 200 pagina's) tegelijk verzenden. Hierdoor bespaart u op uw telefoonkosten, doordat u het aantal verbindingsmomenten vermindert.

Wanneer documenten niet kunnen worden verzonden, schakelt u dit in om ze op te slaan in het printergeheugen. U kunt de documenten opnieuw verzenden vanuit het Taakstatus.

Selecteer Aan om documenten te verwijderen die na het verstrijken van de opslagperiode niet zijn verzonden.

Stel een periode in van dagen en uren waarin de printer het document dat niet is verzonden, zal opslaan.

Schakel dit in om het verzenden van de fax te starten na het scannen van een document door te tikken op en wacht vervolgens op het volgende origineel tot de opgegeven tijd is verstreken.

Stel in hoelang er op het volgende origineel moet worden gewacht.

Schakel dit in om het verzenden van de fax te starten nadat de opgegeven duur is verstreken zonder dat enige bewerkingen werden uitgevoerd na het weergeven van het voorbeeldscherm.

Geef de tijd op om een voorbeeld weer te geven van het gescande document voordat u het verzendt.

Als u Toegestaan selecteert, kunt u een back-up maken van faxberichten die zijn verzonden met Fax > Faxinstellingen > Back-up.