|
Item |
Instelwaarden en beschrijving |
|---|---|
|
Toegangsbeheer gedeelde map |
|
|
Toegang |
Geef aan of gebruikers gedeelde mappen mogen gebruiken (vast). Als u Niet toegestaan selecteert, wordt de functie Opslag niet weergegeven op het printerscherm. |
|
Bewerkingsinstantie |
Als u het gebruik van gedeelde mappen toestaat (vast), moet u aangeven of alleen beheerders of ook gebruikers gebruikersmappen mogen maken, wijzigen en verwijderen. Als Gebruiker is geselecteerd, kan de gebruiker bewerkingen uitvoeren in verband met gedeelde mappen (vast). Als u Alleen beheerder selecteert, wordt het bewerkingsmenu voor de gedeelde mappen (vast) niet weergegeven op het printerscherm. Het menu wordt alleen weergegeven wanneer een beheerder zich aanmeldt. |
|
Instelling instantie automatisch verwijderen |
Als u het gebruik van gedeelde mappen toestaat (vast), moet u aangeven of alleen beheerders of ook gebruikers opgeslagen bestanden automatisch mogen verwijderen. Als alleen beheerders bewerkingsrechten voor gedeelde mappen hebben, wordt voor dit item ook Alleen beheerder geselecteerd. |
|
Bestandsbeheer gedeelde map |
|
|
Toepassen op alle gedeelde mappen |
Selecteer dit item als u de instellingen voor automatisch verwijderen van documenten voor de openbare map wilt toepassen op alle gedeelde mappen. Dit item wordt niet opgeslagen en het selectievakje wordt uitgeschakeld wanneer de instellingen naar de printer worden verzonden. |
|
Automatisch bestand verwijderen |
Geef aan of de opgeslagen bestanden automatisch moeten worden verwijderd. |
|
Eenheid |
Als Automatisch bestand verwijderen is ingeschakeld, moet u aangeven of verwijdering elk uur of dagelijks moet worden uitgevoerd. |
|
Periode tot verwijdering |
Als Automatisch bestand verwijderen is ingeschakeld, moet u de dag of het tijdstip voor verwijdering opgeven in oveernstemming met de ingestelde eenheid. |
|
Bestandsbeheer persoonlijke map |
|
|
Automatisch bestand verwijderen |
Geef aan of bestanden die in Persoonlijke bestanden zijn opgeslagen automatisch moeten worden verwijderd. |
|
Eenheid |
Als Automatisch bestand verwijderen is ingeschakeld, moet u aangeven of verwijdering elk uur of dagelijks moet worden uitgevoerd. |
|
Periode tot verwijdering |
Als Automatisch bestand verwijderen is ingeschakeld, moet u de dag of het tijdstip voor verwijdering opgeven in oveernstemming met de ingestelde eenheid. |
|
Extra actie |
|
|
Bestand verwijderen na uitvoer |
Geef aan of bestanden moeten worden verwijderd nadat ze zijn afgedrukt of opgeslagen. |
|
Toegangsbeheer |
Geef aan of de instellingen voor het verwijderen van bestanden na de uitvoering mogen worden gewijzigd. Wanneer Toegestaan is geselecteerd, wordt een selectievakje weergegeven op het scherm Bestandslijst en kunt u aangeven of het bestand na afdrukken of opslaan moet worden verwijderd. |
|
Toegang van Web Config |
Stel in of de gebruiker de opslagfunctie vanaf een computer mag gebruiken via Web Config. Als u Toegestaan selecteert, kan de gebruiker via het Web Config-scherm functies op het tabblad Opslag openen en gebruiken. Als u Toegestaan wanneer aangemeld selecteert, kunt u het tabblad Opslag openen wanneer u zich aanmeldt via Web Config. Allereerst moet u de volgende instellingen configureren bij Productbeveiliging > Instellingen toegangsbeheer > Basis.
Als u Niet toegestaan selecteert, kan de gebruiker alleen de functie Opslag gebruiken op de printer. |