U kunt IP-faxen verzenden door een lijn op te geven en de bestemming in te voeren via het bedieningspaneel van de printer.
Het verzenden van faxberichten werkt in principe hetzelfde als normaal faxen.
Plaats de originelen.
Selecteer Fax op het startscherm van het bedieningspaneel van de printer.
Selecteer op het tabblad Ontvanger de ontvangers naar wie u het faxbericht wilt verzenden.
Om de bestemming handmatig in te voeren, selecteert u Toetsenbord en kiest u vervolgens onder Lijn sel. voor de lijn IP-FAX. Voer vervolgens de bestemming direct in met het numeriek toetsenbord op het-scherm en tik vervolgens op OK om te voltooien.
U kunt niet direct een bestemming invoeren die tekens bevat die niet kunnen worden ingevoerd via het numerieke toetsenblok. Registreer het adres vooraf in uw lijst met contactpersonen en geef dan de bestemming op vanaf de lijst met contactpersonen.
Als Veiligheidsinstel. in Beperkingen dir. kiezen ingeschakeld is, kunt u alleen faxontvangers uit de contactpersonenlijst en de faxgeschiedenis selecteren. U kunt de bestemming niet handmatig invoeren.
U kunt faxen verzenden wanneer Verzendinstelling per lijn is ingesteld op Verzenden en ontvangen of Alleen verzenden. U kunt geen faxberichten verzenden wanneer u een lijn selecteert die alleen is ingesteld op het ontvangen van faxberichten.
Raadpleeg de volgende koppeling voor informatie over het opgeven van een andere bestemming dan via directe invoer.
Selecteer het tabblad Faxinstellingen en configureer desgewenst de instellingen, zoals voor resolutie en verzendmethode.
Tik op
om het faxbericht te verzenden.