Een bestemming registreren (FTP)

Registreren

Open Web Config en selecteer vervolgens het tabblad Scannen > Contactpersonen. Selecteer het nummer dat u voor uw contactpersonen wilt registreren en klik op Bewerken.

Web Config uitvoeren in een webbrowser

U kunt instellingen ook configureren via het bedieningspaneel van de scanner. Selecteer Instel. > Contacten-beheer > Toevoegen/Bewerken/Wissen > Geg. toev. > Contact toevoegen > Netwerkmap/FTP.

Instellingen voor Contactpersonen

Item

Instellingen en toelichting

Aantal (Registernummer)

Hiermee stelt u het nummer in voor de bestemming die voor uw contactpersonen moet worden geregistreerd.

Naam

Voer de naam in die moet worden weergegeven bij Contactpersonen. Gebruik maximaal 30 tekens in Unicode (UTF-16). Als u dit niet opgeeft, laat u dit leeg.

Indexwoord

Voer de naam in die moet worden gebruikt voor het indexeren en zoeken van Contactpersonen. Gebruik maximaal 30 tekens in Unicode (UTF-16). Als u dit niet opgeeft, laat u dit leeg.

Type (alleen Web Config)

Selecteer FTP.

Veilige verbinding (alleen Web Config)

Selecteer FTP of FTPS, afhankelijk van het protocol voor bestandsoverdracht dat door de FTP-server wordt ondersteund. Selecteer FTPS om communicatie door de scanner met beveiligingsmaatregelen toe te staan.

Communicat. modus (alleen bedieningspaneel)

Opslaan in

Voer de naam van de doelserver in. Gebruik minimaal 1 en maximaal 253 tekens (“ftp://” en “ftps://” niet inbegrepen) in Unicode (UTF-16).

Gebruikersnaam

Voer een gebruikersnaam in voor toegang tot een FTP-server. Gebruik maximaal 30 tekens in Unicode (UTF-16). Vermijd hierbij het gebruik van stuurcodes (0x00 tot 0x1F, 0x7F). Als de server anonieme verbindingen toestaat, voert u als gebruikersnaam bijvoorbeeld Anoniem en FTP in. Als u dit niet opgeeft, laat u dit leeg.

Wachtwoord

Voer een wachtwoord in voor toegang tot de FTP-server. Gebruik minimaal 0 en maximaal 20 tekens in Unicode (UTF-16). Vermijd hierbij het gebruik van stuurcodes (0x00 tot 0x1F, 0x7F). Als u dit niet opgeeft, laat u dit leeg.

Aansluitmodus

Selecteer de verbindingsmodus in het menu. Als tussen de scanner en de FTP-server een firewall is ingesteld, selecteert u Passieve modus.

Poortnummer

Voer een FTP-serverpoortnummer tussen 1 en 65535 in.

Certificaatvalidatie (alleen Web Config)

Het certificaat van de FTP-server is geldig wanneer dit is ingeschakeld. Dit is beschikbaar wanneer FTPS is geselecteerd voor Veilige verbinding.

Voordat u dit configureert, moet u het CA-certificaat naar de scanner importeren.

De knop Toepassen (alleen Web Config)

De bestemming wordt geregistreerd aan de hand van de gegevens die u hebt ingevoerd.

De knop OK (alleen bedieningspaneel)

Klik op de koppeling hieronder voor meer informatie over het gebruik van de functie Scan naar netwerkmap/FTP.

Werkwijze voor de functie Scan naar netwerkmap/FTP