Standaard-TCP/IP-poorten instellen — Windows

Stel de standaard TCP/IP-poort in en maak de afdrukwachtrij voor afdrukken via het netwerk.

  1. Open het scherm Apparaten en printers.

    • Windows 10
      Klik met de rechtermuisknop op de knop Start en houd vast. Selecteer vervolgens Configuratiescherm > Hardware en geluiden > Apparaten en printers.
    • Windows 8.1/Windows 8
      Bureaublad > Instellingen > Configuratiescherm > Hardware en geluiden of Hardware > Apparaten en printers.
    • Windows 7
      Klik op Start > Configuratiescherm > Hardware en geluiden (of Hardware) > Apparaten en printers.
    • Windows Vista
      Klik op Start > Configuratiescherm > Hardware en geluiden > Printers.
    • Windows XP
      Klik op > Configuratiescherm > Printers en andere hardware > Printers en faxapparaten.
  2. Voeg een printer toe.

    • Windows 10/Windows 8.1/Windows 8
      Klik op Printer toevoegen en selecteer vervolgens De printer die ik wil gebruiken, staat niet in de lijst.
    • Windows 7
      Klik op Printer toevoegen.
    • Windows Vista
      Klik op Printer installeren.
    • Windows XP
      Klik op Printer installeren en klik op Volgende.
  3. Voeg een lokale printer toe.

    • Windows 10/Windows 8.1/Windows 8
      Selecteer Een lokale printer of een netwerkprinter toevoegen met handmatige instellingen en klik op Volgende.
    • Windows 7/Windows Vista
      Klik op Een lokale printer toevoegen.
    • Windows XP
      Selecteer Lokale printer die met deze computer is verbonden en klik op Volgende.
  4. Selecteer Een nieuwe poort maken, selecteer Standaard TCP/IP-poort als Poorttype en klik op Volgende.

    Voor Windows XP: klik op Volgende in het scherm Wizard Standaard-TCP/IP-printerpoort toevoegen.

  5. Voer het IP-adres van de printer of de printernaam in bij Hostnaam of IP-adres of Printernaam of IP-adres en klik vervolgens op Volgende.

    Wijzig de Poortnaam niet.

    Klik op Doorgaan wanneer het dialoogvenster Gebruikersaccountbeheer wordt weergegeven.

    Voor Windows XP: klik op Gereed in het scherm Standaard TCP/IP-printerpoort.

    Opmerking:

    Indien u de printernaam opgeeft in het netwerk waar naamomzetting beschikbaar is, wordt het IP-adres zelfs gevolgd als het IP-adres van de printer door DHCP is gewijzigd. U kunt de printernaam controleren in het netwerkverbindingsrapport. "EPSONXXXXXX" (XXXXXX is het MAC-adres met 6 cijfers) is de standaardwaarde.

  6. Stel het printerstuurprogramma in.

    • Als het printerstuurprogramma al is geïnstalleerd:
      Selecteer Fabrikant en Printers. Klik op Volgende.
  7. Volg de instructies op het scherm.

Voor Windows XP is de installatie hiermee voltooid. Voor Windows Vista en later controleert u nu de poortconfiguratie.