Instellingsitems voor MS Network

Items

Uitleg

Microsoft netwerk delen gebruiken

Selecteer deze optie wanneer u delen via MS Network inschakelt.

SMB1.0

SMB2/SMB3

Schakel het protocol in dat u wilt gebruiken. U kunt alleen SMB1.0 of SMB2/SMB3 inschakelen.

Bestandsdeling

Selecteer of bestandsdeling moet worden ingeschakeld.

Schakel de optie voor de volgende situaties in.

  • Bij delen van de USB-opslag via het netwerk waarmee de printer is verbonden.

  • Bij doorsturen van scanresultaten naar de gedeelde map op de computer.

Gebruikersverificatie

Selecteer of u gebruikersverificatie wilt uitvoeren wanneer toegang wordt verkregen tot de USB-opslag in het netwerk waarmee de printer is verbonden.

Gebruikersnaam

Stel de gebruikersnaam voor gebruikersverificatie in. Voer tussen 1 en 127 tekens in ASCII in, met uitzondering van "/\[]:;|=,+*?<>@%. U kunt echter niet alleen een enkele punt of een punt (.) in combinatie met een spatie invoeren.

Wachtwoord

Stel het wachtwoord voor gebruikersverificatie in. Voer tussen 1 en 64 tekens in ASCII in. U kunt echter niet alleen 10 sterretjes (*) invoeren.

Gecodeerde communicatie

Stel in of de communicatie moet worden versleuteld. U kunt dit instellen wanneer Inschakelen is geselecteerd bij Gebruikersverificatie.

Hostnaam

De MS Network-hostnaam van de printer wordt weergegeven. Als u dit wilt wijzigen, selecteert u het tabblad Netwerk > Basis en wijzigt u de Apparaatnaam.

Werkgroepnaam

Voer de werkgroepnaam van MS Network in. Voer tussen 0 en 15 tekens in ASCII in.

Toegangskenmerk

Stel Toegangskenmerk in op bestandsdeling.

Gedeelde naam (USB-host)

Dit wordt weergegeven als de gedeelde naam bij bestandsdeling.