U kunt de interface uitschakelen die wordt gebruikt om apparaten met de printer te verbinden. Configureer de beperkingsinstellingen om afdrukken en scannen via een andere methode dan het netwerk te beperken.
Op het bedieningspaneel van de printer kunt u ook de beperkingsinstellingen configureren.
Geheugenapp.: Instel. > Algemene instellingen > Printerinstellingen > Interface geheugenapp. > Geheugenapp.
PC-verbinding via USB: Instel. > Algemene instellingen > Printerinstellingen > PC-verbinding via USB
Open Web Config en selecteer het tabblad Productbeveiliging > Externe interface.
Selecteer Uitschakelen voor de functies die u wilt instellen.
Selecteer Inschakelen wanneer u de controle wilt uitschakelen.
Klik op OK.
Verzeker u ervan dat de uitgeschakelde poort niet kan worden gebruikt.