Controleer of de juiste poort is ingesteld voor de afdrukwachtrij.
Open het scherm Apparaten en printers.
Bureaublad > Instellingen > Configuratiescherm > Hardware en geluiden of Hardware > Apparaten en printers.
Open het scherm met printereigenschappen.
Klik met de rechtermuisknop op het printerpictogram en klik vervolgens op Eigenschappen van printer.
Klik op het tabblad Poorten, selecteer Standaard TCP/IP-poort en klik vervolgens op Poort configureren.
Controleer de poortconfiguratie.