Wanneer u de printer gebruikt onder de server/client-verbinding (delen van de printer met de Windows-server), configureert u het delen van de printer vanaf de afdrukserver.
Selecteer op de afdrukserver Configuratiescherm > Apparaten en printers weergegeven.
Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van de printer (afdrukwachtrij) die u wilt delen en selecteer vervolgens Eigenschappen van printer > tabblad Delen.
Selecteer Deze printer delen en voer een naam in bij Sharenaam.
In Windows Server 2012 klikt u op Opties voor delen wijzigen en configureert u vervolgens de instellingen.