Systeembeheer

Als u dit menu gebruikt, kunt u het product beheren als systeembeheerder. U kunt tevens productfuncties beperken voor afzonderlijke gebruikers, afhankelijk van de behoeften in uw organisatie.

Selecteer de menu's op het bedieningspaneel zoals hierna beschreven.

Instel. > Algemene instellingen > Systeembeheer

Contacten-beheer
Toevoegen/Bewerken/Wissen:

Sla contactpersonen op en/of wis ze voor de menu's Fax, Scannen naar computer (E-mail) en Scan naar netwerkmap/FTP.

Frequent:

Sla veelgebruikte contactpersonen op, zodat u hier snel toegang tot hebt. U kunt de volgorde van de lijst ook wijzigen.

Contacten afdrukken:

Druk de contactpersonenlijst af.

Weergaveopties:

Wijzig de manier waarop de contactpersonenlijst wordt weergegeven.

Zoekopties:

Wijzig de methode voor het zoeken naar contactpersonen.

Instellingen Printkop reinigen:

U kunt de volgende instellingen configureren voor het reinigen van de printkop.

Automatische reiniging:

Controleer voor of na het afdrukken of de spuitkanaaltjes in de printkop verstopt zijn.

Het reinigen van de printkop wordt automatisch uitgevoerd als dit naar aanleiding van de controle noodzakelijk blijkt.

Periodieke reiniging:

Selecteer Aan om reiniging van de printkop uit te voeren nadat een bepaald aantal pagina's is afgedrukt.

Kleurgevoeligheid kopiëren:

Selecteer de gevoeligheidsinstelling om te bepalen of het document in zwart-wit of in kleur is wanneer wordt gekopieerd met de optie Auto.

U kunt kiezen uit vijf gevoeligheidsniveaus tussen Meer zwart-wit en Meer kleur.

Documenten worden doorgaans gescand in zwart-wit wanneer de optie dichter bij Meer zwart-wit wordt geselecteerd, en in kleur wanneer de optie dichter bij Meer kleur wordt geselecteerd.

Suggestie scannerreiniging:

Selecteer Uit als u niet wilt dat een melding wordt getoond wanneer de scanonderdelen van de ADF moeten worden gereinigd.

Paginateller resetten:

Hiermee stelt u het totale aantal kleuren- en zwart-witpagina's dat voor elke interface is opgeslagen opnieuw in: “Standaardnetwerk”, “Extra netwerk” en “Overige”.

Het totale aantal afdrukken en het aantal afgedrukte pagina's per papierformaat worden echter niet opnieuw ingesteld.

Het aantal pagina's dat wordt afgedrukt via de optioneel geïnstalleerde netwerkinterface wordt meegeteld in “Extra netwerk”. Het aantal pagina's dat wordt afgedrukt via de USB-interface, fax, kopiëren, enzovoort, wordt meegeteld in “Overige”.

U kunt aantal opgeslagen pagina's per interface controleren in de gebruiksgeschiedenis (Instel. > Printerstatus/afdrukken > Blad gebruiksgeschiedenis).

Gegevens intern geh.wissen:
Instellingen wissen HDD:

Configureer de instellingen voor verwerking van de gegevens die op de interne harde schijf zijn opgeslagen.

Afdruk-, kopieer- en scantaken worden tijdelijk op de harde schijf opgeslagen om de gegevens voor geverifieerd afdrukken en de grote hoeveelheid kopieer-, scan- en afdruktaken enzovoort te verwerken. Stel in dat deze gegevens veilig worden gewist.

Geheugeninstelling automatisch wissen:

Wanneer deze functie is ingeschakeld, worden de doelgegevens achtereenvolgens gewist wanneer deze niet meer nodig zijn, bijvoorbeeld wanneer het afdrukken of scannen is voltooid. De te verwijderen doelgegevens zijn de gegevens die zijn geschreven terwijl deze functie was ingeschakeld.

Hiervoor is toegang tot de harde schijf nodig. Daarom wordt de energiebesparingsmodus uitgesteld.

Alle geheugen wissen:

Hiermee worden alle gegevens op de harde schijf gewist. Tijdens het formatteren kunt u geen andere bewerkingen uitvoeren om het apparaat uit te schakelen.

  • Hoge snelheid:

    Hiermee worden alle gegevens gewist met een specifieke wisopdracht.

  • Overschrijven:

    Hiermee worden alle gegevens gewist met een specifieke wisopdracht en worden andere gegevens overschreven om alle gegevens te wissen.

  • Drie keer overschrijden:

    Hiermee worden alle gegevens gewist met een specifieke wisopdracht en worden andere gegevens drie keer overschreven om alle gegevens te wissen.

Veiligheidsinstel.:

U kunt de volgende beveiligingsinstellingen configureren.

Beperkingen:

Hiermee kunt u toestaan dat de instellingen van de volgende items kunnen worden gewijzigd wanneer paneelvergrendeling is ingeschakeld.

  • Toegang taaklogboek

  • Toegang tot vastleggen/ wissen Contacten

  • Toegang recente fax

  • Toegang Faxverzendlogboek

  • Toegang tot faxrapport

  • Toegang opgesl. Afdrukgesch. Scan naar netwerkmap/FTP

  • Toegang tot recente Scan naar e-mail

  • Toegang tot Verzendgeschiedenis weergeven van Scan naar e-mail

  • Toegang tot Verzendgeschiedenis afdrukken van Scan naar e-mail

  • Toegang tot taal

  • Toegang tot Dik papier

  • Toegang tot Stille modus

  • Toegang tot Afdruksnelheidsprioriteit

  • Toegang tot Dubbele toevoer detecteren

  • Bescherming van persoonlijke gegevens

  • Toegang tot Uitvoerlade voor kopieën

  • Uitschakelen accepteren

Toegangsbeheer:

Selecteer Aan om productfuncties te beperken. Hiervoor moeten gebruikers zich met hun gebruikersnaam en wachtwoord aanmelden bij het bedieningspaneel van het product voordat ze functies van het bedieningspaneel kunnen gebruiken. In Onbekende gebr. taken accepteren kunt u kiezen of u afdruktaken toestaat die niet de vereiste authenticatie-informatie hebben.

Beheerdersinstellingen:
  • Beheerderswachtwoord

    Stel een beheerderswachtwoord in en wijzig of wis dit.

  • Instelling vergrendelen

    Selecteer of het bedieningspaneel wel of niet moet worden vergrendeld met gebruik van het wachtwoord dat is geregistreerd in Beheerderswachtwoord.

Wachtwoordbeleid:

Selecteer Aan om een wachtwoordbeleid in te stellen.

Wachtwoordcodering:

Selecteer Aan om uw wachtwoord te versleutelen. U kunt ook een USB-apparaat aansluiten om een back-up te maken van de encryptiesleutel. Als u de printer uitschakelt tijdens het opnieuw opstarten, kunnen gegevens beschadigd raken en worden de printerinstellingen teruggezet naar de standaardwaarden. Stel in dat geval de wachtwoordgegevens opnieuw in.

Auditlogboek:

Selecteer Aan om een controlelogboek te maken.

Programmaverificatie bij opstarten:

Selecteer Aan om het printerprogramma te verifiëren tijdens het opstarten.

Klantonderzoek:

Selecteer Goedkeuren om informatie over het gebruik van het product, zoals het aantal afdrukken, naar Seiko Epson Corporation te verzenden.

Resetten:

Zet de faxinstellingen in de volgende menu's terug naar de standaardwaarden.

  • Netwerkinstellingen

  • Kopieerinstellingen

  • Scaninstellingen

  • Faxinstellingen

  • Alle geheugen wissen

    Hiermee worden alle gegevens op de harde schijf gewist. Tijdens het formatteren kunt u geen andere bewerkingen uitvoeren om het apparaat uit te schakelen.

    • Hoge snelheid

      Hiermee worden alle gegevens gewist met een specifieke wisopdracht.

    • Overschrijven

      Hiermee worden alle gegevens gewist met een specifieke wisopdracht en worden andere gegevens overschreven om alle gegevens te wissen.

    • Drie keer overschrijden

      Hiermee worden alle gegevens gewist met een specifieke wisopdracht en worden andere gegevens drie keer overschreven om alle gegevens te wissen.

  • Alle gegevens en instellingen wissen

    Hiermee worden alle gegevens op de harde schijf en alle instellingen van de printer gewist. Tijdens het formatteren kunt u geen andere bewerkingen uitvoeren of het apparaat uitschakelen.

    • Hoge snelheid

      Hiermee worden alle gegevens gewist met een specifieke wisopdracht.

    • Overschrijven

      Hiermee worden alle gegevens gewist met een specifieke wisopdracht en worden andere gegevens overschreven om alle gegevens te wissen.

    • Drie keer overschrijden

      Hiermee worden alle gegevens gewist met een specifieke wisopdracht en worden andere gegevens drie keer overschreven om alle gegevens te wissen.

Firmware-update:

U kunt firmware-informatie ophalen, zoals de huidige versie en informatie over beschikbare updates.

Automatische firmware-update:

Selecteer Aan om firmware automatisch bij te werken. Selecteer Aan om de dag van de week/begintijd in te stellen voor de update.

Onderhouds-/rep.modus:

Selecteer Uit om de onderhoudsmodus uit te schakelen.