Houd bij het invoeren en opmaken van de tekens voor een streepjescode rekening met het volgende:
Voeg geen schaduwen of andere opmaak toe aan tekens, zoals vet, cursief en onderstreping.
Druk streepjescodes alleen in zwart-wit af.
Gebruik bij het draaien van tekens alleen rotatiehoeken van 90˚, 180˚ en 270˚.
Schakel de automatische spatiëring van tekens en woorden uit in de toepassing.
Gebruik in de toepassing geen functies waarmee tekens alleen verticaal of horizontaal worden vergroot of verkleind.
Schakel in de toepassing alle functies uit voor autocorrectie, spelling, grammaticacontrole, spatiëring, enzovoort.
Maak tekstsymbolen zoals paragraaftekens en tabs zichtbaar in de toepassing, zodat streepjescodes beter van de overige tekst in het document kunnen worden onderscheiden.
Mogelijk bestaat de uiteindelijke streepjescode uit meer tekens dan u hebt ingevoerd, omdat speciale tekens zoals Startblak en Stopbalk worden toegevoegd wanneer u Epson BarCode Font selecteert.
Voor een optimaal resultaat gebruikt u voor het geselecteerde lettertype van Epson BarCode Font alleen de lettergroottes die worden aanbevolen in "Specificaties Epson BarCode Font". Streepjescodes van een ander formaat worden mogelijk niet door alle streepjescodelezers gelezen.
Selecteer Grijswaarden in Printerinstellingen en Standaard of Hoog in Kwaliteit.
Afhankelijk van de afdrukdichtheid of de papierkwaliteit of -kleur kunnen streepjescodes voor bepaalde streepjescodelezers onleesbaar zijn. Druk een voorbeeld af en controleer of de streepjescode leesbaar is voordat u grote hoeveelheden afdrukt.