> Papier en schijven laden > Een schijf plaatsen > Voorzorgsmaatregelen voor het omgaan met schijven

Voorzorgsmaatregelen voor het omgaan met schijven

  • Zie de documentatie bij de schijf voor meer informatie over het omgaan met de schijf of hier gegevens naar te schrijven.

  • Druk pas af op de schijf wanneer uw gegevens erop zijn weggeschreven. Door dit te doen, kunnen schrijffouten optreden als gevolg van vingerafdrukken, stof of krassen op het oppervlak van de schijf.

  • Afhankelijk van het type schijf en de afdrukgegevens kunnen inktvegen ontstaan. Probeer eerst een testafdruk te maken op een reserveschijf. Controleer de bedrukte zijde na één hele dag.

  • Vergeleken met een afdruk op origineel Epson-papier, ligt de afdrukdichtheid lager om inktvlekken op de schijf te voorkomen. Pas indien nodig de afdrukdichtheid aan.

  • Laat de bedrukte schijf minstens 24 uur drogen (niet in de volle zon). Leg de schijven niet op elkaar en plaats ze niet in het apparaat zolang ze niet volledig droog zijn.

  • Als de afdruk nog plakkerig is nadat de droogtijd is verstreken, verlaag dan de afdrukdichtheid.

  • Wanneer dezelfde schijf opnieuw wordt bedrukt, zal de afdrukkwaliteit wellicht niet verbeteren.

  • Veeg de inkt onmiddellijk weg als u per ongeluk op de schijflade of het doorzichtige gedeelte afdrukt.

  • Afhankelijk van het ingestelde afdrukgebied kan de schijf of de schijflade vuil worden. Geef de juiste instellingen op om af te drukken binnen het afdrukgebied.

  • U kunt het afdrukgebied voor de schijf instellen op minimaal 18 mm voor de binnendiameter en maximaal 120 mm voor de buitendiameter. Afhankelijk van de instellingen kan de schijf of schijflade vlekken vertonen. Blijf binnen het afdrukgebied van de schijf die u wilt bedrukken.