Kan geen verbinding maken met een netwerk

Een van de volgende problemen kan de oorzaak zijn.

Er is iets mis met de netwerkapparaten voor de wifi-verbinding.

Oplossingen

Schakel de apparaten die u met het netwerk wilt verbinden uit. Wacht circa 10 seconden en schakel de apparaten in de volgende volgorde weer in: de draadloze router, de computer of het smart device en tenslotte de scanner. Verklein de afstand tussen de scanner en de computer of het smart device enerzijds en de draadloze router anderzijds om de radiocommunicatie te vereenvoudigen, en probeer vervolgens opnieuw de netwerkinstellingen te configureren.

Apparaten kunnen geen signaal ontvangen van de draadloze router, omdat ze te ver uit elkaar staan.

Oplossingen

Zet de computer of het smart device en de scanner dichter bij de draadloze router. Schakel de draadloze router vervolgens uit en weer in.

Wanneer u de draadloze router vervangt, komen de instellingen niet overeen met de nieuwe router.

Oplossingen

Configureer de verbindingsinstellingen opnieuw, zodat deze overeenkomen met de nieuwe draadloze router.

De SSID's voor verbinding met de computer of het smart device en de computer verschillen.

Oplossingen

Wanneer u meerdere draadloze routers tegelijk gebruikt of de draadloze router meerdere SSID's heeft en apparaten met verschillende SSID's zijn verbonden, kunt u geen verbinding maken met de draadloze router.

Verbind de computer of het smart device met hetzelfde SSID als de scanner.

Privacyscheiding is beschikbaar voor de draadloze router.

Oplossingen

De meeste draadloze routers hebben een functie voor privacyscheiding waarmee communicatie tussen verbonden apparaten wordt geblokkeerd. Als er geen communicatie mogelijk is tussen de scanner en de computer of het smart device, terwijl deze zijn verbonden met hetzelfde netwerk, schakelt u de privacyscheiding op de draadloze router uit. Zie voor meer informatie de bij de draadloze router geleverde handleiding.

Het IP-adres is niet juist toegewezen.

Oplossingen

Als het aan de scanner toegewezen IP-adres 169.254.XXX.XXX is, en het subnetmasker 255.255.0.0 is, is het IP-adres mogelijk niet correct toegewezen.

Selecteer op het bedieningspaneel van de scanner Instel. > Netwerkinstellingen > Geavanceerd > TCP/IP-instelling en controleer vervolgens het IP-adres en het subnetmasker die aan de scanner zijn toegewezen.

Start de draadloze router opnieuw of stel de netwerkinstellingen van de scanner opnieuw in.

Er is een probleem opgetreden met de netwerkinstellingen op het smart device.

Oplossingen

Probeer op het smart device een website te openen om te controleren of de netwerkinstellingen van het smart device correct zijn. Als u geen website kunt openen, is er een probleem met het smart device.

Controleer de netwerkverbinding van de computer. Raadpleeg de documentatie van het smart device voor meer informatie.

De scanner is uitgeschakeld.

Oplossingen

Controleer of de scanner is ingeschakeld.

Wacht tot het statuslampje dat aangeeft dat de scanner klaar is om te scannen, stopt met knipperen.