Onderhoud

Selecteer de menu's op het bedieningspaneel zoals hierna beschreven.

Instel. > Onderhoud

Aanpassing afdrukkwaliteit:

Selecteer deze functie als er problemen zijn met uw afdrukken. U kunt controleren of er spuitkanaaltjes verstopt zijn, en indien nodig de printkop reinigen. Vervolgens kunt u enkele parameters aanpassen om de afdrukkwaliteit te verbeteren.

PrintkopControle spuitm.:

Selecteer deze functie om te controleren of de spuitkanaaltjes van de printkop verstopt zijn. De printer drukt een spuitkanaaltjespatroon af.

Printkop reinigen:

Selecteer deze functie om verstopte spuitkanaaltjes in de printkop te reinigen.

Printkop uitlijnen:

Selecteer deze functie om de printkop bij te stellen om de afdrukkwaliteit te verbeteren.

  • Uitl. lijn regelafst.

    Selecteer deze functie om verticale lijnen uit te lijnen.

  • Horizontale uitlijning

    Selecteer deze functie als zich op uw afdrukken op regelmatige afstand horizontale strepen bevinden.

Vervangen patronen:

Gebruik deze functie om de cartridges te vervangen voordat de inkt opgebruikt is.

Papiergeleider reinigen:

Selecteer deze functie als zich op de interne rollen inktvlekken bevinden. De printer voert papier in om de interne rollen te reinigen.

Papier verwijderen:

Selecteer deze functie als er na het verwijderen van vastgelopen pagina's nog stukjes papier in de printer zitten.De printer vergroot de ruimte tussen de printkop en het oppervlak van het papier om het verwijderen van de afgescheurd papier te vergemakkelijken.