1

Papierrolkap

Open deze klep wanneer u de papierrol wilt installeren of vervangen.

2

Paneellampje

Deze lampjes geven de bedrijfsstatus van de printer aan.

Paneellampje

3

NFC Tag

Hier wordt een markering afgedrukt om de positie van het NFC-etiket aan te geven. Breng een NFC-compatibel apparaat in de buurt van de markering om informatie over de printer te verkrijgen.
Raadpleeg de Technical Reference Guide voor details over functies waarmee het NFC-etiket gebruikt wordt.

4

Hendel voor openen van klep

Open met deze hendel de papierrolklep.

5

Invoerknop

Druk eenmaal op deze knop om de papierrol in te voeren. Houd deze knop ingedrukt om de papierrol te blijven invoeren.

6

Aan/uit-knop

Met deze knop zet u de printer aan of uit.

7

Onderklep

(Met vier rubberen voetjes)

Verwijder deze kleppen wanneer u de DC-kabel van de AC-adapter, interfacekabels of USB-kabels van randapparatuur aansluit. U kunt de uitwerprichting van het papier wijzigen door de twee kleppen te verwijderen en ze in verwisselde bevestigingspositie terug te bevestigen.
Bij levering van de printer zitten de kleppen zo bevestigd dat het papier aan de bovenkant wordt uitgeworpen.

8

Achterklep

(Er zit een logo op de klep.)

9

Knop voor statusblad

Gebruik deze knop om een statusblad af te drukken op interfaces of om de instellingen op interfaces te initialiseren.